Martin Schepers werkt sinds mei 2020 als Programmamanager Waterveiligheid bij Aveco de Bondt. Daarvoor werkte hij bij Waterschap Rivierenland als Programmamanager HWBP en bij de Project Overstijgende Verkenning Macrostabiliteit (POVM) in welke rollen hij betrokken was (en is) bij de koppeling van tussen de inhoud van onderzoek en lopende dijkversterkingsprogramma’s. Martin is erg betrokken bij All-Risk, de onderzoekers herinneren nog steeds zijn vlammende betoog over de link tussen wetenschap en praktijk die hij hield in het begin van het project, tijdens een excursie naar Waterschap Rivierland. Dit blog schetst vijf aanbevelingen om het All-Risk programma (en specifiek project thema A: Risk framework) verder in de praktijk te brengen.
Heeft u een andere aanbeveling, deel deze dan met ons via W.Kanning@tudelft.nl!
1) Laat de meerwaarde van wetenschappelijke innovaties zien
Wim: Hallo Martin, zou je om te beginnen iets willen vertellen over je werkzaamheden en hoe dit aan All-Risk relateert?
Martin: Ik werk inderdaad als programma waterveiligheid bij Aveco de Bondt. Hier ben ik senior project manager, verantwoordelijk voor het binnenhalen van projecten op het gebied van dijkversterkingen, maar ook voor de realisatie hiervan. Aveco de Bondt heeft een specialisten groep voor innovaties en kennisontwikkeling, het is goed dat deze op de hoogte is van wat er speelt in onderzoeksprogramma’s als All-Risk. Hierbij is het van belang om onderscheidend te zijn, een van de manieren waarop we dat doen is het verbinden van verschillende kennisvelden en deze gebruiken in onze projecten. Verder is de markt op zoek naar innovaties, welke ook uit de wetenschap komen. Daarnaast trekken we nog steeds junioren aan, welke je ook boeiende projecten wil aanbieden om ze te blijven prikkelen.
Wim: Wat zijn de grote ontwikkelingen in Dijkversterkingsprojecten die jij ziet? En hoe kan onderzoek hier goed op aansluiten?
Martin: Ik zie een steeds grotere rol voor waterkerende landschappen. Dat houdt in dat we niet alleen naar lineaire elementen zoals een dijk kijken, maar naar het hele gebied. Dit kan bijvoorbeeld helpen bij het toelaten van grotere overslagdebieten. Dit vraagt dus een systeembenadering. Welke oplossingen krijg je door naar een zone te kijken in plaats van naar een dijk? Dit hangt uiteraard sterk van het watersysteem af en de ruimte voor innovaties. Bij Een aandachtspunt is wel de wetgeving, het is de vraag of de Waterwet hier voldoende op is toegericht. De overstromingskansbenadering uit de Waterwet biedt echter wel heel veel mogelijkheden voor het intergraler beschouwen van waterveiligheid.
2) Help de praktijk om technische en probabilistische methoden te koppelen
Wim: All-Risk Project A richt zich op de implementatie van de overstromingskansbenadering. Wordt de mogelijkheden in de overstromingskansbenadering al voldoende benut wat jou betreft? Wat kan beter?
Martin: De overstromingskansbenadering wordt nog onvoldoende benut. Ik ben een voorstander van scherp beoordelen, maar robuust bouwen. Hierbij moet je niet heel strikt omgaan met kleine veiligheidstekorten in relatie tot de mogelijke implicaties: wat als de voorziene levensduur van een ontwerp 45 jaar is in plaats van 50 jaar, terwijl deze vergroten naar 50 jaar grote implicaties heeft voor de kosten en de omgeving?! Grote veiligheidstekorten moet je uiteraard wel goed oplossen. Probabilistisch en scherp ontwerpen staat nog in de kinderschoenen, dit kan je beter wel robuust doen. Ook is het van belang een goede koppeling tussen technische kennis en probabilistische methodes te hebben en te verbeteren; deze disciplines kunnen niet zonder elkaar voor een goed ontwerp.
3) Publiceer en ontdek hoe u uw resultaten het beste kunt communiceren
Wim: Het project A1 van Wouter Jan Klerk over de optimalisatie van dijkversterkingen is uitgevoerd in nauwe samenwerking met Waterschap Rivierenland. Wat heeft WSRL hieraan gehad?
Martin: Het uitgangspunt was voor dit project (SAFE, een dijkversterkingsproject van Waterschap Rivierenland, red) was alleen piping. Echter, dit was niet toereikend aangezien de HWBP systematiek vraag om een totaal oordeel. Wouter Jan heeft goed ruimtelijk inzichtelijk gemaakt waar er welk veiligheidstekort is met de “Mondriaan”. De kleuren en vormen van het verloop in veiligheid die Wouter Jan gebruikt, lijken erg op Mondriaan, (zie figuur). Dit heeft erg geholpen in de communicatie naar onder meer het bestuur.
Ook heeft de aanpak van partieel versterken, zowel ruimtelijk als op mechanisme niveau, de deur geopend naar goede optimalisaties en prioritering. De aanpak van Wouter Jan bleek een goede basis om de markt op te gaan om dit verder toe te passen. Het blijft wel specialisten werk. Het is dus belangrijk dat kennis en ervaringen worden gedeeld zodat er steeds meer mensen met de methode kunnen werken. Het is dus van groot belang dat nieuwe methodes en kennis is publicaties gedeeld worden.
4) Doe vervolgaanbevelingen voor beleid
Wim: Richard Marijnissen (Project A2) werkt onder meer aan multifunctioneel gebruik van waterkering, wat zijn hierin de grote uitdagingen wat jou betreft?
Een scala aan verschillende functies kan je op/bij een waterkering tegenkomen, waaronder een huis op een rivierdijk (Foto’s zijn van molendatabase.nl).
Martin: Waterkeringen worden steeds multifunctioneler. Er zijn verschillende object die meerdere functies hebben of krijgen, waaronder ook de functie waterkeren. De vraag is echter hoe je dit beheerst. Wat gebeurt er bijvoorbeeld als woningen wel bijdragen aan de sterkte? Nu moeten we ervan uitgaan dat de woning er niet in, met een gat voor stabiliteitsberekeningen. Echter, het gewicht is niet zomaar weg, ook niet bij brand of instorting. Sloop kan wel een uitdaging zijn, maar hier kan je eisen aan stellen door bijvoorbeeld een minimum nieuw gewicht te eisen na sloop op de plek van het huis. Het object is dus niet het probleem, wel de beheersing. Ook bestaande palen zou je bijvoorbeeld mee kunnen nemen als vernageling, waar ook een beheersingsplan bij hoort.
5) Toon de synergie tussen individuele projecten
Wim: Het All-Risk project rond grotendeels af in 2021, heb je nog aanbevelingen voor de onderzoekers in de laatste fase?
Martin: Zoals enkele jaren geleden aangegeven aan de onderzoekers is het van belang ook door te gaan als je niet alles weet, zodat je niet blijft hangen. Je kan eenmaal niet alles weten. Voor All-Risk is het verder van belang om ook de synergie tussen de losse projecten te laten zien. Probeer dit inzichtelijk te maken. Bijvoorbeeld de koppeling van de projecten van Wouter Jan en Richard kan interessant zijn. Maak verder duidelijk hoe je meerwaarde kan creëren voor projecten, ook voor bijvoorbeeld regionale keringen. Ook is het van belang het hele onderzoekslandschap goed te ontsluiten. Er zijn verschillende programma’s (bijvoorbeeld Future Dikes, SAFElevee), maar hoe hangen deze samen en wat gebeurt waar? Dit is ook van belang om een goede partner te zijn voor het HWBP.
Afsluitend wil ik benadrukken dat het gaat om een multi-complex probleem. Er is een nieuw handelingsperspectief nodig waarin ontwerp, governance, organisatie en uitvoering samenkomen.
Related projects
Last modified: 12/11/2020